
In de laatste nieuwsbrief van het Max Euwe Centrum staat een interview met vrijwilliger/schaker/journalist Bart Stam:
Hij zegt onder meer (vanaf p.35): ‘Schaken is mijn belangrijkste hobby, en de schaakwereld is mijn wereld.’
Interviewer Jeroen van den Berg stelt de vraag die aan iedere schaker zou moeten worden gesteld: ‘Hoe verslavend is schaken?’
Stam: ‘Enorm. Vaak heb ik gedacht, ik stop ermee, na een dramatische verliespartij of groot ratingverlies onder een kritische grens (2000, 1900). Maar dan zie ik thuis al die prachtige schaakboeken en mooie schaakstukken en dan denk ik: niet doen, Bart, anders heb je je halve leven weggegooid!’
Vaker gehoord, tevens bij andere bezigheden. Grappig wel.
U noemt dit gedrag misschien passie, ik ook, maar ik denk bovenal: mensen moeten een werkelijk enorme zelfrechtvaardigingsmachine bezitten.
Gelijk de pokerspeler; met een mindere hand stug doorbieden omdat je er al te diep inzit.